Als kersverse moeder en de daarbij behorende gebroken nachten hunkerde ik naar een week slaap. Zodoende boekte ik een paar dagen kamperen op een boerderij in Noord-Frankrijk. Even niks en niemand om me heen behalve de natuur en rust, heel veel rust. Man wat had ik daar behoefte aan. Dit plan liep totaal anders. De vakantie werd één groot avontuur in de Franse Alpen én werd het keerpunt in mijn leven. Ik vond letterlijk en figuurlijk mijn (berg)weg terug. En juist daar leefde ik weer van op.
Dag 7
Ik veeg net broodkruimels van de houten tafel in het gloednieuwe café van camping de La Vologne. Het zijn mijn eigen kruimels die ik hier vijf dagen geleden achterliet. Alsof er niks is gebeurd. Hier op dezelfde plek waar ik het avontuur van m’n allereerste solotrip begon op te pennen, zit ik nu opnieuw te schrijven. Ditmaal met een fles blond bier voor m’n neus. De fles die Allart me onlangs gaf. De fles is zo perfect nu, want ik kom net terug van m’n allereerste solo hike in een voor mij nog onbekend gebied. Gisteren durfde ik nog amper de camping uit het oog te verliezen tijdens mijn avondwandeling. Maar vandaag voelde ik me onbevreesd en durfde ik de gok wel te wagen om er alleen op uit te trekken. Een verschil van dag en nacht, zowel letterlijk als figuurlijk.
‘’Als je op het juiste pad loopt, kom je als vanzelf mensen tegen die daarbij horen.’’
Gisteravond liet ik Nick in een videoboodschap weten hier niet alleen te willen hiken. Een gedachte uit angst zo weet ik nu. Ik weet nu ook dat als je op het juiste pad loopt, je vanzelf mensen tegenkomt die daarbij horen en je verder willen helpen. Want dat is precies wat er vandaag is gebeurd. Letterlijk. Want op het moment dat ik iemand tijdens mijn tocht nodig had, stond de eigenaar van de camping voor m’n neus en daarom heb ik net met hem geproost. Vanmorgen wees de eigenaar van de camping me de weg op de wandelkaart. Gisteravond had ik de weg niet kunnen vinden. Ik sloeg de kaart open om hem te vragen waar de camping nou precies op de kaart lag. Hij lachte: ,,Je zit op de verkeerde kant van de kaart te kijken.’’ Ah top, vandaar dat ik de camping niet kon vinden.
Kaart
Ik draaide de kaart om. Hij wees me een weg die heel mooi zou zijn en een mooi uitzicht zou bieden op de vallei. Ik keek op de weersvoorspelling op m’n telefoon. Het was pas 10.00 uur. Rond 15.00 uur zou het gaan regenen en gaan onweren. Niet echt een fijn vooruitzicht. ,,Nee hoor. Het gaat sowieso niet onweren. En regen maakt niet uit, want je loopt toch beschut onder de bomen,’’ zei de goedlachse campingeigenaar. Ik vertrouwde hem en ging maar meteen op pad. Dit keer voelde ik me niet angstig, maar vastberaden.
Al na 5 minuten wandelen, voelde ik me zo blij als een kind. Ik vertrouwde volledig op mezelf en voelde dat het goed ging komen. Ook daalde meteen het besef in hoeveel invloed andere mensen op mij kunnen hebben. Dat wil ik niet meer. De vraag is alleen hoe ik dit kan voorkomen. Voorlopig hielp het door letterlijk op mijn eigen pad te blijven lopen. Ik voelde me sterk en mezelf.
''Ook daalde meteen het besef in hoeveel invloed andere mensen op mij kunnen hebben. Dat wil ik niet meer. De vraag is alleen hoe ik dit kan voorkomen? Voorlopig hielp het door letterlijk op mijn eigen pad te blijven lopen.’’
Met ferme passen beende ik tussen de bomen door. Ineens werd ik getrakteerd op een prachtige waterval. Ik kon het niet geloven. Zo mooi. Ik wilde het met niemand delen, maar keek er wel naar uit om hier samen met Roos heen te gaan om het haar te laten zien. Hier samen met haar wandelen, ja dat wil ik wel. Maar eerst zelf ervaring opdoen. Gewoon door vaak te gaan hiken. Van elke tocht leer je weer. Zo had ik wel een jackie tegen de regen willen hebben. Het ging goed hoor, maar als het harder was gaan regenen, had ik wel kou gevat.
Waterval
Na de waterval liep ik verder en ineens zag ik auto’s staan op de plek waar een mooi uitzicht zou zijn. Ik moest hardop lachen en dacht aan een filmpje dat Katja laatst had laten zien van een wandeltocht die we als kinderen samen met haar en mijn ouders hadden gemaakt in Frankrijk. Na een lange hike komen we bij een prachtige waterval uit die je blijkbaar ook had kunnen bereiken per auto. M’n moeder hoor je zuchten en steunen, maar mijn vader zegt lachend in de camera: ‘’hey maar dan hadden we deze mooie wandeltocht gemist.’’
Mijn moeder, die aan haar schouder een cameratas heeft hangen met daarin de camera die ik nu in mijn rugzak heb zitten, kijkt hem aan met een blik van ‘nou en?’. Ze was geen fan van wandelen in de bergen. Wel grappig dat beiden nu zijn herenigd in mij: het hiken van m’n vader en de liefde voor analoge fotografie van mijn moeder. Wellicht dat het mooie plaatjes op gaat leveren en sowieso hopelijk nog vele mooie wandeltochten.
Nu heb ik straks in ieder geval hopelijk mooie plaatjes en mooie herinneringen van een memorabele solo verwildertocht die nog beter heeft uitgepakt dan ik van te voren had kunnen bedenken. Een trip die nu hier aan tafel wordt ‘afgesloten’ met een glas koud blond bier. Het lievelingsbier van m’n vader. Ik heb net met de eigenaar, die zichzelf ook een glas inschonk, geproost op de bergen. De plek waar hij ook zo gek op is. Daarom besloot hij vanmorgen me tegemoet te wandelen met zijn hond. Hij had al lange tijd geen tocht gemaakt, vertelde hij tijdens de wandeling. Te druk geweest met het verbouwen van de boerderij.
Boerenstal
Hij is 41 en woont sinds 20 jaar op de camping die van zijn grootouders was. Daarna runde zijn moeder de camping en nu hij. De plek waar ik nu zit te schrijven, was vroeger een boerenstal waar koeien stonden, vertelde hij net tijdens de wandeltocht. Hij heeft de stal eigenhandig verbouwd tot bar. Ook wil hij er nog een appartement op bouwen voor de verhuur, maar voordat dat af is, is hij 3 tot 4 jaar verder denkt hij zelf. Het ziet er allemaal echt heel netjes uit. Er is een leuke speelhoek voor kinderen. Ik zie Roos hier al zitten spelen. Hij heeft ook potloden voor kinderen. Hij zette net een rieten mandje met kleurpotloden voor m’n neus, zodat ik ermee kon spelen. Hoe oud denk je dat ik ben, ging het snel door me heen. Gekke gedachte eigenlijk. We zijn toch nooit te oud om te spelen?
Nu ik zit te schrijven, voel ik pas dat ik best wel gaar ben van de wandeltocht. Ik heb ook een beetje spierpijn en voor het allereerst in zeven dagen, verlang ik een naar huis. Ik kijk ernaar uit om Roos weer te zien, want ik begin haar nu toch wel echt te missen. Het is duidelijk tijd om weer huiswaarts te gaan. Het voelt nu ook wel als ‘af’. M’n fotorolletjes zijn ook allemaal vol. En m’n eten is nu bijna op. De rode plekken in m’n gezicht zijn bijna zo goed als weg en ik voel me heerlijk ontspannen. Deze vakantie is zo anders geworden dan ik van te voren dacht. Het heeft allemaal zo goed uitgepakt.
En ik kan in principe nog steeds een hoop doen. Zo wil ik eigenlijk nog de meditatiewalk doen die Nick me doorstuurde. Ook heb ik m’n boeken nog niet ingekeken en m’n gitaar ligt ook nog onbespeeld in de achterbak. Als de weersvoorspellingen beter waren geweest, had ik misschien nog wel geprobeerd om langer te blijven. Maar het is zo fris en regenachtig en ik wil toch wel echt naar huis eigenlijk, dus ik hoop zo keihard dat de monteur me morgen kan helpen. Als het aan mij ligt, kachel ik dan meteen door naar huis. Morgenochtend tussen 8 en 9 uur weet ik eindelijk meer. Het heeft geen enkele nut om me er nu druk om te maken.
Gisteravond las ik een mooie quote op insta hierover: ,,The future is a concept, it doesn’t exist. There is no such thing as tomorrow. There never will be, because time is always now. That’s one of the things we discover when we stop talking to ourselves and stop thinking. We find there is only a present, only an eternal now.’’ That gevoel had ik vanmiddag heel sterk tijdens de wandeling. Niet meteen overigens. Dit gevoel kwam pas later. Ik was zo keihard aan het genieten. Ik dacht niet meer aan gisteren en al helemaal niet aan morgen. Tijdens de hike bedacht ik me dat ik anderen graag dit gevoel wil laten ervaren door erover te schrijven.
Ik wil gewoon dat andere mensen dit ook gaan doen, omdat het mij zo goed doet. We zijn natuur. Waarom zijn we daar dan niet meer? Waarom verklaren mensen mij voor gek als ik in mijn eentje de bergen in ga? Hier in de bergen heb ik zoveel mensen zien wandelen. Tijdens mijn hike kwam ik een man tegen de zeker 70 moet zijn geweest. Hij deed dezelfde tocht. Voor hem leek het niet meer dan normaal. Maar de mensen in de stad vinden het gek. Zij hangen liever op de bank en kijken Netflix of gooien, voor meer avontuur, een pil in hun mik tijdens een festival. Mensen zijn het spoor bijster hoor. Alleen maar spullen kopen om gelukkig te zijn en geestesdood worden achter een computer tijdens een 9 tot 5 baan. Ik wil ze het liefst aan hun haren naar de bergen sleuren. Kijk dan hoe mooi het hier is.
Ik ga maar eens koken. Als dat nog lukt, want m’n gasfles is namelijk bijna leeg. Ook een teken dat ik huiswaarts moet. Ik begin minder te genieten. Het leven hier begint normaal te worden. Ook een mooie constatering overigens. Juist de afwisseling met de stad zou perfect voor mij zijn. Nu is het alleen al jaren uit balans en ben ik alleen maar in die drukke stad en zit ik hele dagen achten een computer te tikken. In Rotterdam moet ik gewoon lekker creëren en dan vervolgens in de bergen weer opladen. Ruimte creëren. En dat kan blijkbaar al in een week tijd. Wel hier in de natuur waar ik zo min mogelijk prikkels ervaar, behalve natuurlijke prikkels.
Dag 8
Een vrolijke snuiter met blauwe pretoogjes, sproeten op z’n blanke huid en petje op zijn hoofd stapt de receptie binnen. Hij kwam net met zijn auto met oplegger aangereden. Ik moest erom lachen. Dan man dacht dat m’n mint groene racemonster moest worden weggetakeld. Hij keek dan ook enigszins beteuterd toen ik hem vertelde dat hij nog reed. Later zou vooral ik beteuterd kijken wanneer hij me de bon met daarop de voorrijkosten met aanhanger onder m’n neus zou schuiven. Tachtig euro schoon aan de haak. Levensgeld noem ik het inmiddels.
Zoals m’n gevoel van te voren al zei, kan ik gewoon met m’n auto terug naar huis rijden. Enkel de koelvloeistof moest worden aangevuld. Daarnaast moest de tien jaar oude olie worden vervangen en worden aangevuld. Nadat hij dit alles, onder streng toeziend oog van mij, had gedaan in de garage stond hij erop om nog even een testrondje te rijden in de bergen. Tijdens het rijden glinsterden zijn ogen opnieuw: ‘ah magnifiek, super,’ riep hij uit. De auto reed gesmeerd en trok als een malle de steile straten door. Wel adviseerde hij, als een echte autoverkoper dat betaamd, om deze auto voortaan alleen in de stad te gebruiken, omdat er een kleine motor inzit. Tja, ok volgende keer inderdaad maar met een auto met grotere motor richting de bergen rijden. Weer van geleerd.
Fit
Ik ben wel echt zo blij dat ik nu ben gegaan. Deze solotrip heeft me zo goed gedaan en ik heb er zoveel van geleerd. Vooral dat ik dit vaker wil doen en dus een goede auto voor mezelf moet gaan fixen. Maar dat niet alleen. Ik moet niet alleen een auto met sterkere motor kopen. Ik wil vooral m’n eigen motor sterker gaan maken, bedacht ik me net in de auto. Nu loop ik steeds met een oud en versleten lijf door het leven te denderen. Een leven vol pieken en dalen. Een spannend en avontuurlijk leven.
Dat wil ik ook en het leven zit nu eenmaal vol pieken en dalen, dus is het belangrijk om een zo fit en sterk mogelijk lichaam te hebben. Dus lichamelijk en geestelijk fit worden. Lezen, leren, sporten, mediteren, gezond eten, voldoende rust en meer groen. Anders kan ik er donder op zeggen dat ik straks zelf in de garage sta. En kijkt iedereen me aan van ‘ja wat had je dan gedacht.’ Nu sloop ik mezelf continu en dat wil ik niet meer. Het is klaar nu.
‘’Het is belangrijk om een zo fit en sterk mogelijk lichaam te gaan creëren, anders sta ik straks zelf in de garage.’’
Ik ben op het juiste pad nu, dat voel ik aan alles. Lekker doorgaan zo en signalen zoals puisten, rode vlekken, hartkloppingen en extreme vermoeidheid niet negeren, maar juist zien te voorkomen. Stress is absoluut een van de grootste boosdoeners, maar ook de negatieve gedachtes van mezelf, demonen uit het verleden en angsten.
Meditatiewandeling
Gisteravond heb ik de meditatiewandeling gedaan die Nick me had gestuurd. Eerst deed ik hem al liggend in m’n tent en kijkend naar de takken van de boom boven m’n tent. Het was super ontspannend. Zo ontspannend dat ik er bijna van in slaap viel. Dat wilde ik niet. Ineens hoorde ik harde stemmen van m’n nieuwe buren op de camping. Een beetje typische lui. Dat zei Davide, zo heet dus de eigenaar van de camping weet ik nu eindelijk, ook. Hij had zijn verontschuldigingen aangeboden voor m’n nieuwe buren die altijd perse op die plek willen staan. Ik moest zelfs m’n tentje er een stukje voor ze opzijzetten, omdat ik op hen plek stond. Ach prima. Het is toch sowieso tijd om te gaan.
Ik voel hun negatieve energie in mijn lijf. Ze praten hard en roken non-stop. Niet alleen hun harde stemmen, maar ook de rook drong m’n neusgaten binnen terwijl ik in mijn tentje lag. Zo smerig. Ik besloot daarom om de meditatie al wandelend te doen. Nog nooit eerder van m’n leven had ik zoiets gedaan. Ik vond het spannend. Wat als ik in een soort trance zou belanden en zou verdwalen? Voor de zekerheid had ik een wandelkaart en een zaklamp meegenomen die ik vasthield in m’n hand.
Over tweeën halfuur zou het al donker worden. Ik liep over het grote pad dat ik die middag nog met Davide had bewandeld. Het pad bracht me naar het grote meer. Iets zei me dat ik daarheen moest. De klanken van de meditatie gecombineerd met de mist tussen de bomen, de rust en stilte was zo magisch. Het leek echt net of ik in een film was beland. Maar dit was hartstikke echt en ik probeerde me eraan over te geven.
Hotel
Eenmaal bij het meer aangekomen, werd m’n oog getrokken door een hotel achter me. De rode verlichting stak zo mooi af tegen de natuurlijke achtergrond van beboste groene bergen en de laaghangende mist. Ik wou dat ik m’n camera bij me had. Dit had zo’n mooi plaatje opgeleverd. Ik maakte er een foto van met m’n Iphone. Dat gaf toch niet hetzelfde resultaat als dat het met mijn analoge camera zou hebben gegeven.
Ik liep verder langs het meer. De stem die door mijn oortjes m’n hoofd inkwam, maande me om stil te staan. Dat deed ik. Ik genoot van het prachtige uitzicht. Vanuit m’n ooghoek zag ik iets bewegen op de grond. Later keek ik nogmaals en even dacht ik dat ik hallucineerde. Vlak voor m’n voeten liep een klein veldmuisje. Het verzamelde takjes groen. Ik volgde het kleine diertje met m’n ogen. Ja het zat er toch echt.
Ineens hoorde ik een auto naderen. Ik stond langs een autoweg, maar tot nu toe waren er geen auto’s gepasseerd. Nadat hij voorbij was gereden, keek ik weer naar de grond. M’n kleine vriendje was nergens meer te bekennen. Wel zag ik op de takken van de bomen die langs het meer stonden kleine vogeltjes van tak naar tak vliegen. Ik liep nog dichter naar het meer toe en ging zitten. Ineens zag ik de weerspiegeling van de berg en de boom achter me in het meer. De stem van de meditatie vroeg me ‘ Wie ben je?’ Ik keek in het meer en niet het water, niet m’n eigen gezicht, maar de berg staarde me aan.
‘’Ik keek in het meer en niet het water, niet m’n eigen gezicht, maar de berg staarde me aan.‘’
Foto's
Vanmorgen werd ik zoals alle dagen tijdens deze solotrip vroeg wakker. Ineens schoten er nieuwe ideeën door m’n hoofd. M’n foto’s van de bergen en de Franse levenslessen op kaarten, notitieboeken en in lijstjes. Misschien zelfs als behang of alle foto’s bundelen in een boek. Exposeren. Ik weet niet of de foto’s zijn gelukt, dat weet ik wellicht morgen. Ik weet wel door die meditatie dat dit hetgeen is wat ik wil en dat ik zoveel de natuur als bron nodig heb om beter te kunnen zien en beter te kunnen creëren. Ik moet eerst rust vinden in m’n hoofd voordat ik echt kan zien, meer kan zien.
Zo zie ik nu dat de passie van mijn moeder en m’n vader me doen opleven. Hun dood krijgt nu ineens een waardevolle invulling in m’n leven. Dat maakt hun leven niet doodzonde. Ze hebben me iets heel waardevols meegegeven. Ik hoop dat ze dat somehow kunnen zien. Ik ben ze er in ieder geval zeer dankbaar voor. En ik hoop dat ze dat somehow kunnen voelen.
En het doet me des te meer beseffen dat wat ik nu doe, ik op mijn beurt weer doorgeef aan Roos. Gewoon mezelf zijn. Dit gaat Roos en mij alleen maar dichter bij elkaar brengen. Samen avonturen beleven. Gewoon nu al. Het leven is nu. Niet gisteren, niet morgen. We weten namelijk nooit hoe het leven loopt. Dat weet ik als geen ander. Daarom leg ik ook zo graag de avonturen van mezelf en die van Roos vast. Dat maakt me ervan bewust dat elke dag een avontuur is. Elke dag is als een blanco pagina die gevuld kan worden met een mooi verhaal. Je vult het zelf in.
''Elke dag is als een blanco pagina die gevuld kan worden met een mooi verhaal. Je vult het zelf in.''
Sasha
Zou het echt zijn naam zijn geweest? Of enkel de naam die hij aanneemt als hij gaat liften? Hij komt vanuit de Ardesch en moet naar Brussel, zijn geboortestad waar zijn vader, moeder, broertje en zusje wonen. Zijn ouders zij gescheiden. Zijn vader kocht een klushuis, maar zit er nu ietwat doorheen. De badkamer is nog niet klaar en daardoor heeft zijn vader nu geen sanitaire voorzieningen. Sasha zo te ruiken ook niet. Of hij maakt er geen gebruik van. Hij ruikt muf. De lifter ruikt naar zweet en shag.
Toch weerhield het me er net niet van om hem een lift te geven. Hij was blij toen ik ‘ja’ zei. Toen hij aan kwam gelopen om te vragen of hij tot Brussel mee mocht rijden, twijfelde ik geen moment. Het voelde goed en ik had eigenlijk wel zin in gezelschap tijdens de lange autorit naar huis. Daarnaast was ik vooral benieuwd naar z’n verhaal en naar de ervaring om een onbekend iemand mee te nemen in de auto. ‘’Meestal zijn het oude mensen die me meenemen. Die zijn het gewend van vroeger toen meer mensen al liftend hun weg zochten. Want niet iedereen kon zich een auto veroorloven.’’
Bang
Sasha heeft al zo’n twintig keer gelift en hij heeft op die manier al veel mensen ontmoet. Hij heeft geen enkele negatieve ervaring. ‘’Mensen vragen me vaak of ik niet bang ben. Mensen zijn tegenwoordig overal bang voor joh.’’ Ik moet lachen. Zo typerend dat hij dit zegt. Mensen blijven liever in hun comfortzone. Wat ze niet kennen, vinden ze eng en dus raar. Maar als je het niet probeert, kun je toch helemaal niet weten of het raar en of eng is? En zijn je denkwijzen toch irrationeel? Gebaseerd op helemaal niks. Ja, op de ideeën van andere mensen die het op hun beurt ook niet hebben geprobeerd.
Is er iemand ooit in een tweeëntwintig jaar oude Susuki Swift naar de bergen gereden om daar ruim een week te verwilderen op een camping die nog gesloten was? Hoe weten ze dan dat het niet kan? Ik heb zojuist bewezen dat het wel kan. Kan niet, bestaat niet. ‘Kan niet’, zit in je hoofd. Ik heb liever de woorden ‘kan wel’ in m’n kop.
En dat het niet gevaarlijk of eng is om een lifter mee te nemen, weet ik nu ook. Sterker nog. Ik vond het leuk om met Sasha te praten en om te horen hoe zijn pad hem in de Ardesch heeft gebracht waar hij met meerdere mensen die ook zo open minded zijn een woning deelt. ‘’Hoe ik daar terecht ben gekomen? Tja gewoon. Ik kwam daar een paar keer en ik wist of beter gezegd, voelde, gewoon dat ik daar wilde zijn. Dat dit mijn pad was.’’ Het klinkt zo vanzelfsprekend. Zo logisch, maar eigenlijk is het ook ‘that simple’. Gewoon (aan)voelen wat jouw pad is en die bewandelen. Tijdens de autorit zijn we het er beiden over eens dat een stad zoveel prikkels biedt, dat het daardoor lastig is om goed te kunnen voelen.
''Gewoon (aan)voelen wat jouw pad is en die bewandelen.''
Het is inmiddels half 8 ’s avonds en ik rij na uren rijden de Koepelstraat in Crooswijk in. Met een grijns van oor tot oor op m’n gezicht. Ik voel me zo ontzettend goed. Zeker na het horen van het nummer You Might Find Yours van Tom Rosenthal. Ik had het nummer nog nooit eerder ‘gehoord’. Het was ‘toevallig’ het allerlaatste nummer van m’n Spotify list die opstond. Het nummer sloeg precies op hetgeen ik de afgelopen dagen had gedaan. Het leek wel alsof m’n hart groeide tijdens het luisteren naar het muzieknummer. Magisch.
Eenmaal de auto in de straat te hebben geparkeerd, bleef ik nog even zitten. Gewoon nog even nagenieten van deze waanzinnige avontuurlijke en leerzame reis die goed is afgelopen. Natuurlijk zou het goed aflopen. Daar had ik mijn gedachtes op gezet. Ik wist dat ik vanavond veilig thuis zou komen, maar het is toch fijn als het ook daadwerkelijk gebeurt. Dat geeft zo ontzettend veel zelfvertrouwen.
Nu sta ik een beetje gedesoriënteerd in m’n woonkamer. De spullen van m'n verwildertrip liggen kriskras over de vloer. Ik moet echt even landen hier. Maar het is een fijne thuisbasis om vanuit hieruit nog veel meer grote en kleine avonturen te gaan maken, want dat ga ik hoe dan ook doen. Daar ben ik voor in de wieg gelegd.
Bekijk hier alle foto's van m'n avontuur.
Comentários